Zoë (14) verhuist met haar ouders en broertje naar het vredige 'Berg en Bos'. De eigenzinnige uitvinder Max vertelt over het duistere verleden van haar nieuwe woonplek.
Klasgenootje Olivia blijkt tot Zoë's grote schrik een robot te zijn. Wat Zoë niet weet, is dat de ontdekking over Olivia voor Max nog grotere consequenties heeft dan voor haarzelf.
Na in de val gelokt te zijn door Olivia worden Zoë en Max plotseling vals beschuldigd van een ernstige gebeurtenis. Zelfs de ouders van Zoë lijken haar niet meer te geloven.
Het detectivewerk van Zoë en Max leidt hen naar de oude baas van de Zenith-fabriek: misschien kan zij vertellen wat er met de robots is gebeurd en hoeveel er nu nog rondlopen.
In haar zoektocht naar antwoorden over Zenith komt Zoë meer te weten over haar eigen identiteit. Allerlei puzzelstukjes vallen in elkaar, maar daarmee ontstaan ook een heleboel nieuwe problemen.
Zoë ontdekt dat er ook genoeg leuke kanten zijn aan het robotbestaan. Maar als ze niet de dochter van haar ouders is, wie is ze dan wel? Benjamin weet wel raad met deze vraag.
De robotjagers nemen hun intrek in Max' huis. Dat vindt hij in eerste instantie een goed idee, maar nu Zoë een robot blijkt te zijn, begint hij zich af te vragen of alle robots wel zo slecht zijn.
Met de robotjagers op haar hielen vlucht Zoë weer naar het robotkamp. Alle paden leiden terug naar waar het ooit allemaal begon: de oude Zenith-fabriek. Daar zal Zoë haar 'lotsbestemming' volgen.