Huub en Martin starten aan de Zeeuwse kust, in het Verdronken Land van Saeftinge. Ze struinen door dit wonderbaarlijke gebied: een wirwar aan slikken, schorren en kreken, het grootste brakwatergebied van Europa. Net naast de laatste duindoorbreking staat de laatste grenspaal. Hier kan hun tocht echt beginnen. Ze nemen de Westerschelde Ferry en steken de Schelde over. Bij het standbeeld van zijn illustere voorvader ontmoet Huub de achter-achter-...-achter-kleinzoon (x10) van Michiel de Ruyter. Hij heeft ook een indrukwekkende ontmoeting met de 90-jarige Kees Pouwelse, die als kind getuige was van de geallieerde bombardementen op zijn kustdorp.
Huub gaat met kenner Walter Langendoen op de Tweede Maasvlakte op zoek naar sporen uit het verleden. Tijdens de IJstijd lag deze zee droog en liepen de mammoeten en sabeltandtijgers zo naar Engeland. Ooit liep een lang betonnen lint langs de kust van Spanje tot Noorwegen: de Atlantik Wall. Zo wilden de Duitsers tijdens WO II hun stranden beschermen. Fotograaf en kunstenaar Peter de Krom bouwde onlangs een bunker om tot minihotel. Door de eeuwen heen ontstonden langs de kust tal van buitenplaatsen. Huub brengt een bezoek aan Landgoed Voorlinden, waar hij van ondernemer en kunstmecenas Joop van Caldenborgh een rondleiding in zijn museum krijgt.
Met de opkomst en verbreding van het kusttoerisme vanaf eind 19e eeuw wilde men elke bevolkingslaag zijn eigen badplaats geven: van mondain tot voor het volk. Zo was Zandvoort er voor de elite. Dit duurde echter niet lang. Met de komst van de trein kwamen ook de paupers uit Amsterdam. Zandvoort werd een kakofonie van halfslachtige stijlen en bedoelingen. Huub wandelt langs de dijk en ontdekt deze metamorfose. En aandacht voor de vakantie- of gezondheidskolonies, waardoor arme kinderen in de jaren 50 op krachten konden komen. De tehuizen zijn doordenkt van trauma's. Voor het Koloniehuis St. Joseph ontmoet Huub een zogenaamd bleekneusje.
Een tocht langs de kust van Friesland begint natuurlijk langs de Afsluitdijk. Al is het voor Huub en Martin nog niet gemakkelijk aan de overkant te komen. Gelukkig treffen ze enkele palingvissers die hun fuiken inspecteren. Zij zijn bereid de mannen een lift te geven. De zoetwatervissers vertellen Huub over de invloed van de dijk en het definitief afsluiten van de Zuiderzee op hun werkzaamheden en het bijzondere bestaan van de paling. Aan de Friese zijde gaat Huub op bezoek bij Johan Pollema, die een hengelsportwinkel runt. Hij verzamelt alles van de Afsluitdijk. Verder gaan Huub en Martin wadlopen met de legendarische gids 'Wadloop Annie'.
In de haven van Lauwersoog ontmoet Huub Barbara Geertsema-Rodenburg, die deel uitmaakt van de Goede Vissers, mensen die voor lokaal en duurzaam staan. Nabij hun proeflokaal gaat Huub oesters plukken en proeven. Langs de Groningse kust stond landbouw lang centraal. Dit leidde tot een klassenmaatschappij. De boeren waren de baas, de landarbeiders moesten het met minder rooien. Toonbeeld van dit alles is het openluchtmuseum Het Hoogeland. Verder drinken de heren een biertje in de kleinste zeehaven van Nederland, in Noordpolderzijl. En de reis wordt afgesloten in de enige buitendijkse vogelkijkkast (Kiekkaaste) van Nederland.